Deze werkinstructie hoort bij het protocol activiteiten in grote groepen (BSO)
Deze werkinstructie wordt toegepast als: er 30 kinderen of meer deelnemen aan een activiteit binnen BSO groepen, bij buitenactiviteiten of uitstapjes van BSO groepen of bij gezamenlijk activiteiten met BSO groepen van andere MOPS locaties.
Deze werkinstructie wordt uitgevoerd door:
Pedagogisch medewerkers en locatie management
Werkinstructie :
A. op het moment dat de hieronder beschreven situatie zich voordoet:
Bij activiteiten met meer dan 30 BSO kinderen:
Heeft ieder kind heeft een eigen mentor (pedagogisch medewerker). Iedere pedagogisch medewerker heeft per dag maximaal 10 mentorkinderen.
- Wie de mentor is van welk kind, wordt op het whiteboard in de groep aangegeven. Kinderen kunnen zo zien bij welke pedagogisch medewerker zij horen.
- Bij uitstapjes buiten de deur geldt hetzelfde principe, iedere pedagogisch medewerker draagt een gekleurde sticker en haar mentorkinderen dragen dezelfde kleur sticker (zie ook protocol en werkinstructie activiteiten met grote groepen in de BSO).